3 TL (editie 13) 1.1 Punt- en lijngrafieken

uitleg filmpje 3tl paragraaf 1.1 gaat over punt en Lijn grafieken Ik denk niet dat het heel moeilijk is eh beginnen bij is om één maar rijen gaat met een aantal vriendinnen naar een feest een kaartje kost €15 Nou daar moet je er misschien wel meer van kopen als je met meer vriendinnen gaat daarnaast moet ze eenmalig een bedrag een boekingsbedrag betalen van €5 die €5 is eenmalig Wat is dan a het hellingsgetal nou wat je eenmalig moet betalen is het startgetal en niet het hellingsgetal dus het startgetal is 5 die grafiek begint ook hierbij 5 en het hellingsgetal is dan die 15 dus het hellingsgetal is 15 B want dat komt er steeds bij per Kaartje komt er €15 bij je ziet ook dat de grafiek gaat van €5 naar 20 want 5 + 15 is 20 en dan gaat hij naar 35 want 20 + 15 is weer 35 dus het hellingsgetal is 15 Vul de formule verder in Nou dat wordt dan 15 keer het aantal kaartjes hellingsgetal is altijd bij de keer en bij de letter Plus dat startgetal nou bereken de kosten bij vif kaartjes ga ik a is 5 invullen dan krijg je kosten zijn 15 * 5 plus 5 Dus hier heb ik dan 5 ingevuld Nou er komt 80 uit die stip die zet ik ook alvast bij 5 is het 80 en bij 6 a is 6 dan krijg je kosten zijn 15 ke 6 Plus VI kom je op €995 uit Nou die zet ik ook al vast D heb ik dan gedaan teken de punten die horen bij de kosten van Vi en z kaartjes met een rode punt nou ik heb het met een zwarte punt gedaan e waarom kun je bij deze situatie voor a geen 4,5 invullen Let op Het gaat over kaartjes je kunt geen 4,5 kaartje kopen of je koopt vier kaartjes of vijf maar 4,5 kan niet En daarom krijg je een punt grafiek een punt grafiek Nou kijk naar het voorbeeld hier de entree van een korfbal West is €4 Dat betaal je eenmalig en een drankje kost €2 Dat kun je vaker kopen Je kan meer dan één drankje drinken op tijdens die wedstrijd waarom hoort hier een punt grafiek bij nou bij deze situatie hoort een punt grafiek omdat je alleen maar hele drankjes kunt kopen Ja net zoals net k geen halve drankjes kopen vraag twee kijk naar het voorbeeld Leg uit waarom je voor de toegang van de korfbalwedstrijd alle en alleen drankjes kopen geen €9 kunt uitgeven geen €9 nou Als je goed kijkt dan heb je hier twee drankjes als je twee drankjes doet dus de drankjes is twee dan krijg je twe keer 2 is 4 plus die toegang kom je op €8 uit en als je drie drankjes doet dan kom je op 3 * 2 is 6 plus die toegang kom je op €10 uit dus €9 hoort eigenlijk bij 2,5 drankje En dat kan niet kan geen halve drankjes kopen Dat kan niet Nou D sla ik even over som VI goed kijken in het assenstelsel zijn twee lijnen getekend een groene en een rode punt a ligt op de verticale lijn dat is deze D is verticaal eh Schrijf de coördinaten op van drie punten op die op die lijn liggen Nou laten we beginnen met punt a dat is het punt 3,2 dus dat is sowieso een punt wat op die lijn ligt nou dit punt ligt ook op die lijn dat is het punt 3 komm -2 en dit punt ligt ook op die lijn dat is het punt 3,1 ik heb er drie uitgekozen maar er zijn er nog wel meer Vul in de x-coördinaat van de punten op lijn t is steeds het getal kijk goed 3 3 3 dus is steeds het getal 3 Nou ik veeg dit even weg Schrijf de coördinaten op van vier punten die op lijn M liggen Dat is deze is horizontaal Nou laat ik zeggen deze vier punten doe ik nou dat zijn de punten -3 komma -1 -11 1-1 en 3 3-1 Vul in de y-coördinaat van de punten op lijn m is steeds het getal -1 nou weer een stukje theorie horizontaal de punten op een horizontale lijn hebben allemaal dezelfde y-coördinaat hebben we net gezien hierzo de punten op een verticale lijn hebben allemaal dezelfde x-coördinaat dat hebben we hier gezien Nou ik ga gelijk naar som 5 en 6 Vul in de formule van de verticale lijn m is nou hij gaat door de 3 dus dat is x is 3 B teken lijn y is 2 in het af stelsel Dit is y is 2 dan moet ik hier een lijn tekenen Dus dit is de lijn y is 2 dus deze hoort bij vraag B en ik moet ook nog de lijn x is 5 tekenen Hier zitten 5 andere kleur Dit is de lijn x is 5 Dit is vraag c Nou dan de bom som Z in het assenstelsel zijn drie lijnen getekend schrijf het startgetal en het hellingsgetal op van lijn K Dat is die rode dat is die schuine Hier gaat hij door de verticale as dus het startgetal is 1 Dus vraag a het startgetal is 1 en het hellingsgetal dan moet ik goed kijken hij gaat van 1 gaat hij naar 3 van 3 gaat hij naar 5 Dus er komt steeds t bij dus het hellingsgetal is 2 Er komt steeds 2 bij dus het hellingsgetal is 2 schrijf dan de formule op bij B de formule is altijd hellingsgetal keer de X Plus het startgetal in dit getal geval wordt dat dan 2 ke X Plus 1 dat is de formule vraag t Schrijf ook de formules op bij de lijnen m en n Nou eerst de m veeg dit even uit dit is lijn M die gaat hier door de 2 Dat is een y-coördinaat dus daar hoort bij y is 2 lijn n dat is deze lijn die gaat hier door de -2 Dat is een x-coördinaat dus dat hoort bij X is -2 vraag D teken de lijn y is 3 in het Assel stelsel teken de lijn y y = 3 in het Assel stelsel dat is dus deze lijn y is 3 Dit is vraag d e Schrijf de coördinaten op van het snijpunt van deze blauwe lijn met die schuine lijn Nou dat is dit is het snijpunt tussen de rode en de blauwe lijn en wat zijn de coördinaten van het snijpunt 1,3 Yes nou weer een boel geleerd deze theorie is wel even belangrijk dat je snapt dat bij Lijn M hoort die gaat door de -2 -2 is een x-coördinaat dus daar hoort bij x is-2 en die andere lijn die gaat door de 1 y is een of de 1 Is een y-coördinaat dus daar hoort bij y is 1 Dat is even belangrijk en wat ook belangrijk is is dat je snapt met die punt grafiek dat je dan alleen maar stippen mag zetten hier zo en geen lijn omdat je geen halve drankjes kan kopen of hier omdat je hier geen halve kaartjes kan kopen wordt het een stippen grafiek oftewel een punt grafiek einde van het filmpje